Jesus Christ Superstar

Ook dit paasweekend staat Jeangu Macrooy als Jezus op het toneel in de rockmusical Jesus Christ Superstar. ‘Hij zou zich hebben uitgesproken tegen homofobie.’

Al vijf maanden is Jeangu Macrooy de Messias, staat hij als Jezus op het podium en wordt daar toegejuicht door de massa. Uitbundig zelfs. Hosanna, heysanna, sanna, sanna Hosanna, heysanna, hosanna.

En ga nog maar even door. Ze lopen met hem weg.

Dan keert diezelfde juichende massa zich tegen Jezus en duwt hem richting het kruis. Hij wordt gefolterd en sterft een bloedige en eenzame dood. Vanuit een comfortabele schouwburgstoel ernaar kijken doet alleen al pijn.

“Het is heel intens”, vertelt Macrooy. “Tot een paar weken terug nam ik het verhaal van de musical echt mee naar huis. Dan lag ik zondagochtend wakker en voelde de spanning in heel mijn lichaam. Natuurlijk acteer je het allemaal , maar je lichaam maakt het wel allemaal mee. “

Hij noemt zichzelf lachend een heel gedisciplineerde Jezus. “Ik denk niet dat ik deze rol zou kunnen spelen als ik niet goed op mezelf zou letten en bijvoorbeeld niet zoveel zou sporten. Het is ook muzikaal heel uitdagend materiaal. Dat maakt ook deel uit van de fysieke inspanning. Ik gebruik letterlijk mijn hele bereik.”

De hokjesgeest in Nederland doorbreken

Jeangu Macrooy is singer-songwriter met een al jaren sluimerende liefde voor musicals. “Met mijn rol in Jesus Christ Superstar probeer ik de hokjesgeest in Nederland een beetje te doorbreken.” Macrooy brak bij het grote publiek door toen hij in 2021 namens ons land met Birth of a New Age meedeed aan het Eurovisiesongfestival in Rotterdam.

Het was regisseur Ivo Van Hove zelf die Macrooy vroeg of hij niet Jezus wilde spelen in zijn versie van Jesus Christ Superstar. “Ik had me nooit kunnen voorstellen dat ik met Van Hove zou gaan werken. Dat leek me fantastisch. Daarnaast wilde ik al heel lang een musical doen en dan was het ook nog Jesus Christ Superstar, waarvan de muziek heel goed bij mij past.”

Deze Van Hove-versie ging eind januari in première en kreeg juichende kritieken. Ook voor Macrooy als Jezus kwamen de recensenten superlatieven tekort. ‘Macrooy is de gedroomde Jezus’, schreef Trouw.

Ik neem aan dat jij veel met Ivo van Hove gepraat hebt over deze rol. Wat wilde hij met Jezus?

‘Toen ik wist dat ik de rol kreeg, heb ik met hem gevideobeld. Ivo zat geloof ik in New York. Ik wilde weten hoe ik me moest voorbereiden. Alles wat hij wilde zeggen hierover was welkom. Het meest waardevolle wat hij zei was dat we een Jezus van vlees en bloed gingen neerzetten, in de zin dat het een mens moest zijn en niet een soort heilige die over het podium zweeft.

“Ik denk dat ik een Jezus speel die soms heel duidelijk twijfelt en zich atypisch gedraagt. Hij uit zich agressief of wordt heel erg verdrietig. Even later is het zelfvertrouwen weer terug. Allemaal dingen die wij zelf in hem herkennen. Dat maakt volgens mij het offer dat hij uiteindelijk brengt nog indrukwekkender.”

Je doelt dan op het nummer ‘Gethsemane’ waarin Jezus bijna wanhopig is over wat hem te wachten staat.

Gethsemane gaat over de existentiële vraag van het waarom, waar je eigenlijk nooit antwoord op krijgt. Ik vind het ook zo mooi dat Jezus in dat nummer echt naar de hemel schreeuwt: ‘Waarom moet ik sterven?’ En hij krijgt geen antwoord. Voor het eerst laat Jezus dan irritatie en boosheid zien en dus ook verdriet. Hij gaat eigenlijk door alle fases van rouw heen. Uiteindelijk is er dan toch die aanvaarding van het lot: zo moet het zijn.”

De oorspronkelijke hoofdrolspeler van Jesus Christ Superstar, Ted Neeley, was wit. Jij bent van kleur. Is dat nog iets dat jou bezighoudt?

“Niet echt. Laatst kwam er na de voorstelling een vrouw op mij af die volgens mij een beetje te veel gedronken had. Ze vroeg zich af of Jezus wel dreadlocks had. ‘Jezus was toch geen rasta’, stelde ze vast. Nou, blond met blauwe ogen was hij sowieso niet. Jezus was gewoon een Joodse man.

“De oorspronkelijke film van Jesus Christ Superstar was ook heel divers gecast. Judas was van kleur en Maria Magdalena was een inheemse. Alles door elkaar heen, zal ik maar zeggen. Ik vind dat heel goed bij dit soort verhalen. Je benadrukt daarmee dat het gaat over hoe mensen in het algemeen met dingen omgaan, los van wat hun culturele achtergrond ook is. “

Dat versterkt ook het feit dat het een universeel verhaal is?

“Zeker. De musical gaat over een beweging, een beetje een activistische beweging eigenlijk, onder leiding van Jezus. Die stelt zich op tegenover de gevestigde macht en die voelt zich vervolgens weer bedreigd. Maar het gaat ook over het conflict tussen Judas en Jezus over voor welke principes je moet staan, het gaat over verraad en uiteindelijk over vriendschap.”

Kende je de musical al goed voordat je deze rol kreeg?

“Ik heb hem thuis in Suriname op televisie gezien toen ik nog een kleine jongen was. Ik moet een jaar of acht zijn geweest. De film maakte meteen al enorm veel indruk op mij. In een van de laatste songs komt Judas nog één keer terug en begint allerlei kritische vragen aan Jezus te stellen. Dan vroeg ik aan mijn moeder ‘Wat zingt hij nu eigenlijk?’

“Pas toen ik werd gevraagd voor de auditie ben ik als volwassene gaan luisteren en kijken. Dat was echt een feest. ‘Als ik dit toch elke avond mocht gaan zingen, zou het absoluut geen straf zijn’, dacht ik.”

Macrooy groeide in Suriname op in een katholiek gezin, deed Eerste Communie en ontving van de bisschop van Paramaribo het vormsel. Met zijn ouders, zijn tweelingbroer en zus ging hij naar de kerk. “Ik vond vooral het zingen leuk.” Op zijn zeventiende kwam hij uit de kast als homoseksueel en het was ook in die tijd dat hij besloot de katholieke kerk te verlaten.

“Ik ben uit de kerk gestapt vanwege homofobie. Met kerst zat ik in de kerk in Suriname Dat jaar had de paus iets gezegd over queer mensen en homoseksuelen. Ik dacht: dat klopt gewoon niet met de boodschap ‘God is er voor iedereen’.

“Ik moest mijn eigen seksuele identiteit omarmen en me losmaken van dat oordeel vanuit de kerk. Gewoon om mijn eigenwaarde te vinden en me te emanciperen van het idee dat ik, zonder dat ik er ook maar iets aan kon doen, door en door slecht en zondig was.”

Heb je je laten uitschrijven?

“Nee, ik ben gewoon niet meer naar de kerk gegaan. Weet je, ik vind het idee van een kerkgemeenschap wel goed. Elkaar een hart onder de riem steken. De Bijbel bevat verhalen die spiritueel heel diep gaan. Volgens mij is Jesus Christ Superstar ook met respect voor het lijdensverhaal van Jezus gemaakt. Ik vind het mooi dat je niet religieus hoeft te zijn om erdoor geraakt te worden, om na te denken over het leven, over mens zijn.”

Je bent met Jezus opgegroeid, om het maar een beetje populair te zeggen. Wat is er nog over van het beeld dat je toen van hem had?

“Ik geloof niet meer in Jezus uit de kinderbijbel, maar ik ben nog steeds fan van de waarden waar hij voor stond, zoals barmhartigheid en gelijkheid, daar geloof ik nog steeds in.”

En nu speel je hem…

“Dat klopt op de een of andere manier wel.”

Hoe bedoel je dat?

“Jezus ging om met de mensen aan de rand van de samenleving tegen wie in zijn tijd met minachting werd aangekeken en sprak zich uit tegen onrecht. Hij omarmde criminelen en prostituees, zieke mensen, noem maar op. Iedereen die werd verstoten. Ik denk dat als Jezus nu zou leven hij zich ook tegen homofobie en queerfobie zou hebben uitgesproken.

“Ik zou mezelf nooit echt met Jezus vergelijken, maar ik spreek me in mijn muziek ook uit tegen onrecht. Mijn eerste single in Nederland was Gold en die ging over ons koloniaal verleden. Dat was in 2016. De beslissing om dat als mijn eerste single uit te brengen, maakte ik heel bewust. Ik was verbijsterd dat er niets gebeurde in Nederland rond dat besmette verleden. Op mijn eerste lp staat ook een nummer waarom ik uit de kerk ben gestapt. Ik doe mijn mond open als dat moet.”

Welke boodschap moeten de bezoekers aan Jesus Christ Superstar mee naar huis nemen?

“Ik hoop dat mensen de voorstelling spiegelen aan de wereld waarin we ons nu bevinden. Dat kan heel groot zijn, je kan kijken naar de oorlogen in de wereld, het geopolitieke. Maar je kan ook gewoon dichterbij kijken. Hoe gaan wij met elkaar om? Wie neem jij in bescherming? Wie veroordelen we?”

Aan het eind van de voorstelling sta je op het podium. Het is stil. Je zit onder het bloed, terwijl het waait en het hemelwater op je neerdaalt. Hoe sta je daar dan?

“Misschien klinkt het als een cliché, maar ik denk dan aan het leed in de wereld. Ik denk heel veel aan martelaren, mensen als Aleksej Navalny, de Russische oppositieleider. Zo’n martelaarschap is in zekere zin een geschenk, omdat het in zijn goedaardige vorm vaak veranderingen in werking zet. Maar wanneer leren we dat die veranderingen er ook op een andere manier kunnen komen?”

Dit paasweekend staat Jesus Christ Superstar in het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam. De opstanding ontbreekt weliswaar in de musical en het paasfeest uit zijn katholieke jeugd raakt steeds verder uit zicht, maar ook voor Macrooy is het bijzonder om juist deze dagen dat ene verhaal te vertellen. “Ik hoop dat we door op Pasen het verhaal van Jesus Christ Superstar te vertellen mensen kunnen troosten en toch met een positief gevoel naar huis laten gaan.”

Interview: Stijn Fens



Albert Verlinde: ‘Over bijna ieder verhaal uit de Bijbel zou je een musical kunnen maken’

Het verhaal in Jesus Christ Superstar is de katholiek opgevoede Albert Verlinde niet vreemd. Toch deed de theaterproducent nieuwe inzichten op. ‘Het leven kan anders aflopen als je nét iets beter luistert.’


Het is 2018 als theaterproducent Albert Verlinde en regisseur Ivo van Hove samen zitten te lunchen in New York. Op dat moment zijn ze volop bezig de musical Lazarus - over David Bowie - van Broadway naar het Nederlandse toneel te vertalen. ‘Wat zou je nog graag willen regisseren?’, vraagt Verlinde aan Van Hove. Het antwoord is duidelijk: Jesus Christ Superstar.

“Dit verhaal kun je altijd naar het toneel brengen, het is van alle tijden”, zegt Verlinde. “Maar als Ivo van Hove dit zegt, dan moet ik dat als producent wel doen. Dan krijg je een Jesus Christ Superstar die boven alles uitstijgt.” Voor Van Hove volgde er een periode van nadenken - welke invulling moest de musical krijgen? Het werd een verhaal over twee vrienden, Jezus en Judas, die een passie delen: de wereld verbeteren. Hun verschillende zienswijzen drijven hen uiteindelijk uiteen.

“Het is echt een verhaal dat bij het nu past. De één wil de wereld verbeteren door positivisme en door rustig aan te doen, de ander door zich bij wijze van vast te plakken aan de snelweg”, zegt Verlinde. “Volgens mij is Jezus in dit verhaal degene die dat laatste wil, Judas wil rustiger aan doen.”

Katholieke opvoeding

Verlinde groeide grotendeels op in het Limburgse Susteren, in een katholiek gezin. Zowel op de basisschool als op de middelbare school kreeg hij les van paters. Zijn voorliefde voor musicals ontstond in die tijd. Het verhaal over Jezus uit het Nieuwe Testament, van zijn geboorte tot zijn dood en wederopstanding, is ‘één van de beste verhalen ooit verteld’, vertelt hij enthousiast. “Over bijna ieder verhaal uit de Bijbel zou je een musical kunnen maken, omdat het zo extreem is. Het gaat over grote levenskeuzes.”

De musical gaat over de tijd van nu, vervolgt hij. Ook dat speelde mee in zijn afweging om Jesus Christ Superstar te produceren. “We leven in een tijd van cocons, van in je eigen bubbel zitten. Aan alle kanten krijg je het eigen perspectief op de wereld bevestigd. Dat wat ons momenteel bindt, is misschien wel het afwijzen of het bejubelen van de ander. En dáár gaat de musical over.”

Bezinning als levensles

In Jesus Christ Superstar wordt Jezus in eerste instantie vereerd, toegezongen. Later keren zijn volgelingen zich tegen hem en volgt de kruisiging. Wat Verlinde zo mooi vindt, is dat de musical oproept tot mededogen. Tussen de verering en kruisiging, zit een moment van bezinning. “Dat gebeurt in het nummer Could We Start Again Please. Daar spreekt hoop uit; kunnen we opnieuw beginnen, dit is niet de bedoeling.”

“Dat is een levensles. Soms, als je nét iets beter had geluisterd, was het leven anders afgelopen. Of als je beter had nagedacht. Ik denk dat politici daarvan kunnen leren; denk na voordat je een opruiend Twitterbericht de wereld in stuurt.”

“Doordat we nu zo naar binnen gekeerd zijn, vergeet je wat iets kan aanrichten bij een ander. Je ziet het niet, je wordt digitaal alleen maar je eigen wereld in geloodst door algoritmes. Ik denk dat de theaterbezoekers meenemen dat we iets voorzichtiger moeten zijn met elkaar.”

Dichter bij het geloof

Verlinde liet zich een aantal jaar geleden uitschrijven uit de katholieke kerk. “Als een instituut maar blijft ageren tegen wie jij als mens bent, en dan heb ik het over homoseksualiteit, dan denk ik: zo kan het niet bedoeld zijn. Maar ik blijf gelovig, katholiek. Ik denk dat de musical me weer iets dichter bij het geloof heeft gebracht. Het heeft me wel veranderd.”

“Door zo met het (Bijbelse) materiaal bezig te zijn, denk ik dat ik weer even ben teruggebracht naar de bron. Of misschien is dat ook gewoon de leeftijd, dat weet ik niet.” Hij lacht even. “Wat die bron is?” Er valt even een stilte. “Wie je bent en waar je voor staat, denk ik. Soms raak je dat in de loop van het leven even kwijt. Ik ken mezelf ook en ik ben niet altijd genuanceerd. Maar ik ben geraakt door de boodschap van mededogen, ik wil verantwoordelijkheid nemen voor wat ik zeg en aanricht bij een ander. Die waarde wil ik aanhouden.”

Interview: Jasmijn Huisman